DEGAM, de Duitse vereniging voor algemene en gezinsgeneeskunde, ontwikkelt al meer dan tien jaar eersteklas S3-richtsnoeren en gebruiksvriendelijke S1-adviezen. Momenteel werkt zij aan S3-richtsnoeren voor vitamine D-tekort en nodulaire hypertrofie van de schildklier. Er worden ook andere richtsnoeren van de hoogste kwaliteit ontwikkeld over onderwerpen als beroerte en acute en chronische hoest.

Helaas is er een gebrek aan bewijs over hoe patiënten met vermoeidheid effectief kunnen worden geholpen. Studies naar verschillende vormen van therapie voor vermoeidheid, ongeacht de onderliggende fysieke of psychologische ziekte, zijn voornamelijk gericht op myalgische encefalitis/chronisch vermoeidheidssyndroom (ME/CFS) of CVS zonder enig verband met lichamelijke activiteit. Bij deze studies waren echter kleine en uiteenlopende groepen patiënten betrokken, van wie sommigen ernstige symptomen hadden, waardoor de resultaten moeilijk toepasbaar zijn op een bredere populatie. Bovendien leverde geen van deze studies overtuigend bewijs voor de doeltreffendheid van lichaamsbeweging. Het European Myalgic Encephalomyelitis/Chronic Fatigue Syndrome Network (EUROMENE) heeft een consensusdocument gepubliceerd met een gedetailleerd overzicht van deze studies.
Verder stellen de auteurs van de richtlijn dat, in het geval van algemene vermoeidheid die niet beperkt is tot ME/CVS, farmaceutische interventies meestal niet effectief zijn geweest en veel placebo-effecten hebben laten zien, of dat de studies methodologisch tekortschoten. Zij staan ook sceptisch tegenover het gebruik van psychostimulantia zoals methylfenidaat en modafinil voor de behandeling van vermoeidheid bij patiënten met de ziekte van Parkinson, multiple sclerose en kanker. Deze medicijnen worden in de relevante richtlijnen genoemd als een laatste redmiddel voor de behandeling van vermoeidheid, maar de auteurs van de richtlijn waarschuwen dat “er momenteel geen solide bewijs is om dit te ondersteunen en dat het gebruik van deze stoffen voor deze drie aandoeningen misbruik is met alle juridische gevolgen van dien.
De richtlijn geeft ook basisaanbevelingen van niveau A voor de behandeling van patiënten met vermoeidheid:
- voortdurende begeleiding bij onverklaarde vermoeidheid en/of tekenen van geassocieerde psychosociale stress,
- hulp bij het stoppen met middelenmisbruik, vooral tabak, marihuana en alcohol, en
- gedragstherapie.
Aanvullend materiaal omvat een vragenlijst voor het afnemen van de anamnese en informatiemateriaal voor patiënten.
Wat betekent het aanbevelingsniveau S3?
De vereniging van Duitse wetenschappelijke medische genootschappen (DEGAM) deelt aanbevelingen in vier niveaus in, gaande van S1 tot S3, waarbij S3 het hoogste niveau van methodologische kwaliteit is.
- S1: Aanbevelingen ontwikkeld door deskundigen die niet zijn onderworpen aan een formele consensus of bewijsbeoordeling.
- S2k: Formeel bekrachtigd door beroepsorganisaties en relevante gemeenschappen, maar zonder systematische evaluatie van het bewijsmateriaal of classificatie van de aanbevelingen.
- S2e: Formeel bekrachtigd, met systematisch zoeken, selecteren en evalueren van wetenschappelijk bewijs, en integratie van de mening van patiënten; aanbevelingen worden gegradeerd.
- S3: Ontwikkeld met gebruikmaking van alle elementen van systematische ontwikkeling, inclusief grondige evaluatie van het bewijsmateriaal en bepaling van de consensus onder deskundigen.
Gemeenschappelijke opvattingen over de behandeling van vermoeidheid
De behandeling van vermoeidheid omvat gewoonlijk een combinatie van veranderingen in levensstijl, medicatie en therapie. Veranderingen in de levensstijl, zoals voldoende slapen, regelmatig bewegen en gezond eten, kunnen de vermoeidheid helpen verminderen. Medicijnen zoals stimulerende middelen, antidepressiva en niet-farmacologische interventies zoals cognitieve gedragstherapie, multidisciplinaire revalidatie en graded exercise therapy worden vaak gebruikt om vermoeidheid te behandelen.
Gangbare aanbevelingen voor de behandeling van vermoeidheid zijn het instellen van regelmatige slaap- en wektijden, regelmatige lichaamsbeweging en het vermijden of verminderen van cafeïne-, nicotine- en alcoholgebruik. Daarnaast bevelen sommige deskundigen ontspanningstechnieken aan, zoals yoga of meditatie, om stress te verminderen en de slaap te verbeteren. Het is ook belangrijk een gezondheidsdeskundige te raadplegen om uit te sluiten of er onderliggende medische aandoeningen zijn die de vermoeidheid kunnen veroorzaken. Als een medische aandoening wordt vastgesteld, kan behandeling van de onderliggende aandoening de vermoeidheid helpen verlichten.